De blaas bevindt zich in de onderbuik. De blaas vangt urine op en houdt het vast totdat u gaat plassen. Bij blaasstenen zitten er stenen in uw blaas. Vaak zijn dit nierstenen die via uw urineleider in de blaas terecht zijn gekomen. In sommige gevallen plast u de stenen vanzelf uit, maar het komt voor dat de blaasstenen zo groot zijn dat u ze niet kunt uit plassen. Dan moeten ze worden weggehaald met een operatie. Ook wordt de oorzaak van de blaasstenen ondergezocht, zodat nieuwe blaasstenen worden voorkomen. Blaasstenen komen meer voor bij mannen en bij mensen die langdurig een blaaskatheter hebben.
Klachten die kunnen ontstaan bij blaasstenen zijn:
- Pijn in de penis.
- Moeite met plassen.
- Een zwakke straal tijdens het plassen.
- Pijn bij het plassen.
- Bloed in de urine.
- Donkere urine.
- Veel aandrang om te plassen.
- Koude rillingen.
- Koorts.
U kunt ook geen klachten hebben bij blaasstenen, omdat het makkelijk is om hele kleine steentjes uit te plassen. Dit merkt u tijdens het plassen doordat de straal dan even stopt of hapert. Ook kunt u het steentje met een tikje in het toilet horen vallen. U kunt de blaassteen opvangen, zodat deze onderzocht kan worden.
Er zijn geen maatregelen die u kunt nemen om blaasstenen te voorkomen. Wel is het van belang om voldoende water te drinken. Als u last heeft van een klein steentje kan voldoende drinken, helpen om het steentje uit te plassen.
Als u de blaasstenen niet kunt uitplassen, is het nodig om de steentjes te verwijderen. De blaasstenen worden dan in stukjes gesneden, zodat ze uit te plassen zijn. De arts gebruikt hierbij een tangetje om de blaasstenen in stukjes te knippen. Alleen bij grote of veel blaasstenen wordt er een operatie via de buik gedaan.
Als u klachten ervaart van blaasstenen, neem dan contact op met uw huisarts.
Voordat u belt, doorloop eerst deze vragen.
Start